De inflatie holt de inkomens en vermogens van iedereen uit. Toch kun je daar, met hulp van een financieel planner, iets aan doen. Zeker als je die tijdig raadpleegt. Zoals blijkt uit het volgende voorbeeld.

Meneer X (1955) is in 1970 gestart met werken en heeft altijd een vaste baan gehad met een modaal inkomen. Zijn salaris bedroeg in 1970 zo’n € 5.600 bruto (€ 3.700 netto) en bedraagt nu € 38.000 bruto (€ 26.000 netto). Een gemiddelde stijging van nog geen 4% per jaar. Houden we echter rekening met de inflatie dan bedraagt de stijging slechts 0,6% per jaar.

Spaarrekening

Gelukkig heeft meneer X in 1970 een woning gekocht voor ruim € 20.000. Hij kon deze uit een erfenis cash betalen. De woning is inmiddels € 448.000 waard. De gemiddelde waardestijging per jaar was iets minder dan 6%. Gecorrigeerd met inflatie is dat ruim 2,5%. De heer X hield per jaar altijd geld over, dat hij op een spaarrekening parkeerde. Gemiddeld bedroeg de spaarrente hierop 4,3% per jaar, na inflatie echter nog geen 1,5%. Kortom het nominale saldo op zijn spaarrekening is toegenomen, maar wat hij ervoor kan kopen eigenlijk niet (en hij had nu net dit geld nodig om zijn tegenvallende pensioen mee aan te vullen).

Beleggen heeft de heer X helaas nooit aangedurfd. Dat is jammer, want een belegging in de MSCI World Index – daarmee beleg je in zo’n 1.500 wereldwijde aandelen in alle sectoren – had hem gemiddeld meer dan 9% rendement opgeleverd; gecorrigeerd met inflatie bleef daar ruim 6% van over.

Ben jij een obligatie of aandeel?

Beleggen in aandelen geeft veruit de beste bescherming tegen inflatie en zeker voor mensen met een vaste baan en een lange tijdshorizon is dit vaak de beste manier om hun spaargeld daartegen te beschermen. Je kunt een salaris vergelijken met een obligatie. Een obligatie is een lening waarover rente wordt vergoed en die op een bepaalde datum wordt afgelost. Een obligatie is dus een reeks periodiek vrijvallende kasstromen met een eindige looptijd. De hoogte en verloop van deze kasstromen ervan zijn net als bij het salaris van iemand in loondienst redelijk voorspelbaar.

De hoogte van de salarisstromen van meneer X tussen zijn eerste werkdag in 1970 en zijn pensioendatum in 2022 was ongeveer € 1,2 miljoen bruto (€ 850.000 netto). Stel dat hij verder uit de erfenis € 25.000 had ontvangen (waarvan € 20.000 uitgegeven voor de eigen woning), dan bedroeg zijn totale vermogen netto € 875.000, waarvan 97% in met obligaties vergelijkbaar salaris.

Op basis hiervan was het niet vreemd geweest als een financieel planner had geadviseerd om een deel van het geld dat meneer X kon sparen te beleggen in aandelen. De financiële positie van meneer X had er dan een stuk rooskleuriger uit gezien. Hij had wellicht al eerder kunnen stoppen met werken en zijn (klein)kinderen financieel kunnen ondersteunen. Helaas had meneer X tot voor kort nog nooit gesproken met een financieel planner. En zo zijn er met meneer X velen die nog nooit een financieel planner in de arm hebben genomen.

Bang voor aandelen

De meeste Nederlanders met een normaal inkomen en een pensioentekort die hun geld alleen op een spaarrekening hebben staan, zijn bang voor de beleggingsrisico’s van aandelen. Het rekenvoorbeeld hierboven laat zien dat sparen na inflatie bijna niets oplevert en beleggen in aandelen wel.

Herkenbaar? Neem dan eens contact op met een financieel planner van de VOFP bij jou in de buurt.

Ramón Wernsen is financieel planner MFP CFP bij Financial Planning 4 All in Alkmaar